Een brief van Viktor Mohr
Viktor Mohr heeft Max Prantl niet alleen persoonlijk goed gekend, maar ook heeft hij hem in zijn tijdschrift 'Mehr Licht' ruimschoots de ruimte gegeven om zijn gedachten en inzichten in de openbaarheid te brengen (wat hem uiteindelijk zijn gehele tijdschrift heeft gekost). Hij was geen 'vereerder' van Max Prantl, alleen herkende hij hem als een werkelijk 'wedergeboren' mens en heeft hij mee willen helpen zijn boodschap te verspreiden. Om dezelfde redenen heeft Viktor Mohr vele jaren zijn beste krachten aan de Lorber-gemeenschap in Bietigheim gewijd, waar hij o.a. een waardevolle medewerker aan het tijdschrift 'Das Wort' (het tijdschrift van de Duitse Lorber-gemeenschap) was. Op die manier verwierf hij zich een diep inzicht in menige 'Nieuwe Openbaring', zowel persoonlijke als algemeen geldige.
In de nu volgende brief, die hij kort voor zijn overlijden schreef, vinden we - in het kort, zogezegd - zijn oordeelsvrije visie op 'verlichting' en wat mensen ermee doen. Hoewel meer dan dertig jaar na zijn dood, zijn deze woorden nog steeds actueel - zoals ze overigens al eeuwenlang actueel zijn geweest en nog lange tijd actueel zullen zijn... Leren wij van iemand, die in staat én gerechtigd tot oordelen was!
1 september 1969
Beminde mevrouw W.,
Verbaas u er niet over dat ik zo snel antwoord! Voor het geestelijke is er altijd tijd, en het gaat bij uw beslissingen ten aanzien van Anni C. gaat het daar om. Ik kan uw standpunt, dat er daar iets verkeerd gaat, alleen maar ten volle delen. U herinnert zich dat ik er in mijn laatste brief sterk op heb aangedrongen om Anni eens een keer uit te nodigen voor een gesprek. Dat kwam uit onbewuste diepten, en die ontmoeting moest en zou er komen - daarom werd Anni ook naar u toe getrokken (en niet naar mij). Michaël bewerkstelligt steeds scheidingen en keuzes, en ook de afwijzing van Anni om met de goede Maria B. te praten is geen toeval - net zo min als het feit dat deze juist verhinderd was om aan het gesprek deel te nemen.
Laat me eerst kort op een paar punten van uw brief ingaan. Anni is zo'n impulsief zielenwezen, dat haar woordenvloed niet alleen u maar ook vele anderen onmiddellijk moe gemaakt of verlamd heeft. Daarbij komt nog haar onduidelijke spraak, die moeilijk te volgen is. Maar daar kan ze niets aan doen, tenslotte; iedereen heeft zijn eigen aard. Pas toen ze concreet terzake kwam, wekte haar mentaliteit terecht uw bedenkingen. U schrijft: 'Ik verzette me tegen Anni' - en het was uw gevoel voor echt en onecht, voor waarheid of dwaling, dat dat deed.
Anni schijnt geruime tijd in Zwitserland bij een gemeenschap (zeg maar: sekte) gezeten te hebben, die de Onzichtbare Orde van Michaël - die een werk van de geestelijke wereld is - op het aardse vlak tot een organisatie van 'gelijkgestemden' misvormt. Ongeveer een ½ jaar geleden schreef ze mij eens, dat deze idee van Max reeds in aardse zin vorm had gekregen en dat in Zwitserland de kern van de Onzichtbare Orde zich al had gevormd. Deze gemeenschap zou ook (langs mediamieke weg) geestelijke boodschappen ontvangen en met de UFO-beweging (vliegende schotels) contact hebben! En wat ik daarvan dacht. Wel, mijn antwoord liet aan duidelijkheid niets te wensen over, en sindsdien zwijgt ze tegenover mij in alle talen, hoewel we elkaar sindsdien al twee keer in Bietigheim hebben ontmoet. Schijnbaar heeft het dus niets uitgehaald. De huidige tegenwerping van Anni, dat deze Zwitserse orde (waarvan ik de naam niet ken) toch ‚onzichtbaar' is omdat men er geen insigne draagt, zou amusant zijn, als die niet haar volslagen onbegrip zou onthullen.
Uw tegenwerping, lieve mevrouw W., dat een schriftelijke verklaring tegen alcohol en nicotine een opgelegde dwang zou betekenen, is absoluut juist, aangezien een dergelijke verklaring een vrije keuze uitsluit. En de opvatting van die sekte, dat Jezus Christus alleen maar 'nepwijn' gedronken zou hebben, is net zo'n vervalsing van de waarheid als de boude bewering van enkele vegetarische sekten, dat Jezus Christus nooit vlees zou hebben gegeten en dat het lam enkel een bijbels symbool zou zijn (nog afgezien van het feit dat men het hemelrijk niet met een dergelijke onthouding vanuit de lichamelijke wereld kan veroveren, maar dat eenmaal de geestelijke wereld ook het aardse zal doordringen en daardoor dan veel zal veranderen).
Anni heeft aan u haar slangendroom niet zo volledig verteld als aan mij. Haar visioen was als volgt: Satana, de slang, vroeg Anni om hem niet te haten. Als teken daarvan, en omdat hij naar eigen zeggen honger had, vroeg hij om wat melk. Daarop legde Anni de slang aan haar borst om hem te zogen, maar daarbij moest ze beleven dat de slang haar in de borst beet, waardoor er een paar bloeddruppels opwelden, zodat ze de slang van zich af slingerde.
Desondanks beweert Anni dat Satana haar enkel zou moeten dienen, omdat zij als 'duaal' van Max/Michaël door zijn Blauwe Vuur beschermd zou zijn. Nu, als dat maar niet verkeerd afloopt... Overigens kan ik u bevestigen, dat Max ook tegenover mij verklaard heeft dat er op aarde geen 'duaal' voor hem bestond; zijn geestelijke 'duaal' was volgens hem de Wereldziel zelf. Het zou te ver voeren om de ellenlange debatten te beschrijven die ik dikwijls met haar heb gehad, en die steeds weer stukliepen op het feit dat zij voor geen enkele logica (ook niet van hoger geestelijke aard) toegankelijk is. Maar dat is bij de meeste vrouwen met een zo sterk gevoelsmatig karakter het geval; maar toch niet bij allemaal, want echt licht vanuit het hart moet ook het denken verlichten - en doet dat ook.
Maar Anni heeft ook heel goede kanten: ze is menslievend, vrijgevig tot zelfopoffering toe, een voorbeeld van goedheid als verpleegster, en steeds als ik met harde kritiek kwam wist zij de negatieve vibraties te verzachten en vroeg ze om begrip voor haar medemensen (met haar geliefde uitspraak: 'Ik laat de duivel niks verdienen' probeert ze iedere negatieve gedachte als schadelijk en levensvijandig af te weren).
Samenvattend: ik ben bijzonder veel aan Anni verplicht en ken niet alleen haar goede maar ook haar zwakke kanten. Ze heeft echter een sterk mediamieke aanleg en haar ervaringen zouden haar wel eens een schijnwereld binnengeleid kunnen hebben, van waaruit inderdaad gevaarlijke aanvallen van de tegenpartij plaats schijnen te vinden. Misschien heeft ze dikwijls astrale ervaringen voor geestelijke waarheden gehouden, maar toch geloof ik nog steeds niet dat ze bewust de tegenstelling van de Oneindige Liefde dient. Zou dat echter wel het geval zijn, dan zou zich dat nu spoedig openbaren, aangezien Michaël hierbij aan het werk is. Laten we dus ondanks haar afwijzing voor haar bidden.
Lieve mevrouw W., u brengt op de een of andere manier mijn toestand ook in verband met de invloed van Anni. Daar zou in algemene zin iets waars in kunnen steken, maar er dient speciaal op het woordje 'ook' gelet worden. Want voor mij is het duidelijk dat ik mij door mijn opkomen voor de waarheid - al bijna twintig jaar, door mijn schrijversactiviteiten - niet weinig astraal gespuis op de hals heb gehaald. Mijn geestelijke bewustzijn is daarbij onaantastbaar, maar op het vlak van het lichaam en de lichaamsziel hebben ze door mijn onvolmaaktheid ruimschoots voldoende aangrijpingspunten. Hoe ze dat doen, kan men uit 'Het stralende hart' leren.
En evenals het huidige gedrag van Anni mij teleurstelt, zo drukt ook de verkeerde houding van zoveel 'geestelijke' mensen die ik in mijn leven heb leren kennen psychisch zwaar op mij: mannen en vrouwen die het licht van de Waarheid hebben ontvangen - hetzij door Lorber, door Max of door anderen - en die desondanks terugzakken, het opgeven en zich niet willen laten opheffen. Een verblinding die ondoordringbaar lijkt te zijn en het leed van de hele wereld teweegbrengt. Wanneer ik aan boek 2 en 8 van de Onzichtbare Orde denk, dan kan ik enigszins begrijpen wat er in Max moet zijn omgegaan. Maar aan de andere kant zijn er ook weer mensen in wie de trouw aan Michaël onwrikbaar blijkt te zijn en die iemand zijn wankelende geloof weer teruggeven. Dat ik u daartoe mag rekenen geeft mij bijzonder veel vreugde, want uit uw instelling ten opzichte van de geestelijke nalatenschap van Max blijkt overduidelijk meer dan de liefde van een zuster. Dezelfde geest bezielde vroeger dr. Bargehr, en tegenwoordig bewijst iedere brief van M. B. en H. H. mij, dat een uitgestrooid geesteszaadje niet alleen maar op doornen valt, maar in vruchtbare aarde ontkiemt en tot vrucht rijpt. Misschien zijn er nog wel meer, maar ik ken alleen deze mensen.
Ook in kringen van de Lorbergemeenschap heb ik maar heel weinig mensen gevonden, wier ziel een afglans van het ontvangen Godslicht weerspiegelt. In de uitgeverij heerst enkel een geest van zakelijkheid, voornamelijk gestimuleerd door de oude Zluhan. De opvoeding van kinderen is verkeerd en gebouwd op een verheven levensstandaard. Binnen de kringen heerst een dogmatisch Lorberdom, veel gekeuvel over liefde en weinig daden (een uitzondering is de gemeente in See met als leider Erwin Zitta: dienst aan kinderen en ouderen). En op veel plaatsen kringen waarvan in het middelpunt niet God maar een 'Vadermedium' staat, dat valse Innerlijke Woorden uitkraamt.
Herinnert u zich nog die rondtrekkende spreker Harald Stößl, die in het voorjaar ook u voor een reis naar de Großglockner had uitnodigde? De uitgeverij wilde met hem in zee gaan, waar ik dringend tegen gewaarschuwd heb. Nu zijn ook de Zluhans tot het inzicht gekomen dat ik gelijk had (zie bijgaande rondzendbrief). Stößl is ook aan een 'Vadermedium' ten prooi gevallen, of gebruikt hij het tot zakelijk voordeel? Hij heeft een 'Lichtkring van Christus' gesticht, die in haar tijdschrift deze 'Vaderwoorden' uitgeeft en via hem voordrachten laat houden. Ik ben zelf echter - vanwege de vrije wil - tegen grootscheepse protesten; ook dwaal- en omwegen hebben hun nut om tot de uiteindelijke keuze te komen. Maar als Lorberbeweging moet men zich daar natuurlijk van distantiëren, om niet met alle anderen op één hoop gegooid te worden.
Het echte Innerlijke Woord is in de geestelijke ontwikkeling van de mens een bekroning. Het is het bewuste ontwaken van de geestmens in de aardemens. Als iemand die op die manier ontwaakt was heb ik in mijn leven echter alleen Max leren kennen. Dit ontwaken verandert ons aardse bestaan echter zo volledig, dat we, wanneer het bestaan niet verandert, ook de conclusie van niet-ontwaakt-zijn mogen trekken. En deze afwezigheid van verandering heb ik moeten constateren bij alle 'Vadermediums', waar ik in de vele tientallen jaren mee te maken heb gehad. Het feit dat ik ze niet erkende heeft steeds meer de haat van de figuren achter de schermen naar mij toe getrokken, die deze kletsmajoors vanuit de zielenwereld inspireerden. Nu zult u ook begrijpen dat mijn astma psychische oorzaken heeft en door geen enkel medicijn te genezen is, maar alleen door die Geest, die Heer is over de geesten. Anders gezegd: door de geesteswil, wanneer de geestesziel zich in onvoorwaardelijk vertrouwen zonder meer aan zijn leiding toevertrouwt. Een paar gedichten van Max brengen dit op wonderbaarlijke wijze tot uitdrukking.
Ondanks mijn kwellende zorg - ontstaan door de twijfel, of ik mijn werk überhaupt juist en zinvol was - wil ik toch nog verder meewerken aan 'Das Wort', zolang mijn krachten het toelaten. Als de geest het niet wil, dan wordt de kracht daarvoor mij sowieso wel ontnomen. Vanaf de 15e van deze maand wil ik voor een paar weken naar Bietigheim reizen; misschien dat daar e.e.a. weer in het rechte spoor gebracht kan worden. Dat Anni mij zou hebben afgeraden om het drukken van een derde boek van Max voor te stellen, klopt niet; daar is niet over gesproken. Overigens ben ik heel nieuwsgierig naar een volgende ontmoeting met Anni, nl. of ze ook bij mij met haar huidige ideeën aankomt? Wel, ook ik kan in de zielengestalte (niet de geestesgestalte!) van een officier verschijnen en een krachtig commandowoordje spreken, mocht het nodig zijn.
Aan mevrouw B., die ik hartelijk laat groeten, kunt u mijn brief rustig laten lezen. Zij is torenhoog verheven boven de verdenking, dat ze teleurgesteld is wanneer ik u deze lange brief schreef en haar maar kort antwoordde. Zodra een dergelijk fundamenteel probleem als het huidige haar bezighoudt, zou ik haar even uitvoerig mijn opvatting meedelen - zonder ooit mijn briefpartner tot dezelfde visie op de dingen te willen bewegen of zelfs dwingen. In ieder geval heb ik van u beiden al heel veel kunnen leren.
En daarvoor dankt, met lieve hartsgroeten,
uw Viktor Mohr.
(overleden op zondag 28 december 1969 in zijn 73e levensjaar)